KemperKip werkt volgens de eisen van EU-Biologisch. Daarom heeft KemperKip dezelfde scores voor ambitie op milieu en dierenwelzijn. Biologische bedrijven gebruiken heel beperkt bestrijdingsmiddelen, en alleen natuurlijke middelen. In eerste instantie weren ze ziekte, plagen en onkruid met teeltmaatregelen, bijvoorbeeld mechanische zoals schoffelen en wieden, maar ook door inzet van natuurlijke vijanden van parasieten. De dieren krijgen biologisch voer.
Een minimumhoeveelheid voer moet van het eigen bedrijf of uit de regio (EU) komen (minimaal 60% bij runderen, 30% bij pluimvee en varkens). Daardoor blijft de import van veevoer en eventuele daarmee gepaard gaande tropische ontbossing beperkt. Het EU-biologisch-keurmerk geeft geen garantie dat er geen ontbossing plaatsvindt.
EU-Biologisch stelt geen eisen aan beperking van broeikasgasuitstoot of energiegebruik, hoewel deze door het verbod op kunstmest indirect wel lager zullen zijn. Het aantal dieren per grondoppervlak moet zodanig zijn dat de schade aan de bodem door de dieren en hun mest minimaal is. Het maximale aantal dieren is ook beperkt om een te hoge stikstofuitstoot te voorkomen.